Net als bij vele sporten geldt ook bij schaken het oude spreekwoord: “De eerste klap is een daalder waard”. Wanneer je goed uit de opening komt speelt het makkelijker en het kost vaak minder bedenktijd. De tegenstander moet goed op zijn tellen passen en de juiste zetten zien te vinden om niet direct vanuit de opening te verliezen. Wie geen zin heeft om openingen te bestuderen zal een andere tactiek moeten kiezen. Je kan in een theoretische openingsvariant een onverwachte zet spelen om de tegenstander uit zijn voorbereiding te halen, maar dan wel zonder de stelling te verzwakken, bijvoorbeeld met zetten als a3, h3 of a4. Een andere aanpak is het spelen van een systeem, ongeacht de zetten van de tegenstander. Voorbeelden daarvan zijn het Londen systeem (d4, Lf4, e3, c3 Ld3), de egelstelling, nijlpaard opening (Hippopotamus defence), de Stonewall opstelling van het Hollands enz.. Een derde manier om lange openingsvarianten te vermijden is door een minder bekende zijvariant te kiezen. In elke opening zijn volop zijvarianten te vinden waarmee je kan afwijken van de gebaande paden. Wie de ingewikkelde theorie van de Spaanse opening wil vermijden kan zijn toevlucht zoeken in het Jänisch gambiet, een ambitieuze en zeer scherpe variant met veel risico’s voor beide spelers.
1.e2-e4 e7-e4
2.Pg1-f3 Pb8-c6
3.Lf1-b5 f7-f5!? (zie diagram 1)
Diagram 1: stelling na 3…f5
Deze voortzetting is halverwege de vorige eeuw door de Russische schaakmeester Jänisch in praktijk gebracht en wordt ook wel de Schliemann verdediging genoemd. De belangrijkste voortzettingen zijn 4.d3, 4.d4 en de hoofdvariant 4.Pc3.
Aannemen van de geofferde pion is niet de sterkste zet:
4.exf4?! e4 5.De2 De7 6.Lxc6 dxc6 (sterker dan 6…bxc6), 7.Pd4 Pf6 (Met 7…De5 8.Pf3 De7 9.De5 kan zwart remise maken door middel van zet herhaling. 7…Ph6 8.Dh5+ geeft complexe stellingen met gelijke kansen). 8.Pc3 De5 9.Pf3 Dxf5 (ook hier kan zwart kiezen voor 9…De7) 10.d3 Lb4 11.Pg5 (11.Pe2 kan ook om de pion op e4 aan te vallen) 11…0-0 12.Pxe4 Pxe4 13.dxe4 Df7 14.0-0 Le6 Dankzij de activiteit van zijn stukken en het loperpaar heeft zwart voldoende compensatie voor de pion. De directe dreiging van zwart is Lc4, na Lc5 komt f7 onder druk te staan en hij kan de open d-lijn bezetten met zijn toren van a8.
Andere alternatieven 4.Lxc6 (ruilvariant), 4.De2 (Löwental) en 4.0-0 geven wit weinig kans op voordeel.